B - Encyclopedie van Suriname
Deze encyclopedie vul ik met thema's die Suriname betreffen. Het gaat om gebouwen, personen, gebeurtenissen en plekken.
Alle foto's: (c) Allard Bijlsma, tenzij bij het beeld anders vermeld.
Balata
De balataproductie in Suriname is een belangrijk onderdeel van de landbouwgeschiedenis van het land. Balata is een natuurlijk rubberachtig product dat wordt gewonnen uit het sap van de balataboom, ook wel bekend als de bolletrie (Manilkara bidentata). Hier zijn enkele belangrijke punten over de balataproductie: Geschiedenis: De balatawinning begon in 1858, toen de eerste concessies werden afgegeven voor het tappen van balata. Deze activiteit werd snel een lucratieve industrie. Productieproces: Het sap (latex) van de balataboom wordt gewonnen door een V-vormige inkeping in de bast te maken. Het sap wordt opgevangen in kalebassen en vervolgens in grote bakken verzameld om te gisten. Na één tot twee dagen wordt de gestolde bovenlaag er als een vel afgehaald en opgehangen om te drogen. Na een week is het vel droog genoeg om op te vouwen en gereed te maken voor transport. Gebruik: Balata wordt gebruikt voor verschillende toepassingen, waaronder drijfriemen, transportbanden, schoenzolen en zelfs golfballen. Het materiaal is stevig en heeft een geringe elasticiteit, wat het ideaal maakt voor deze toepassingen. Economische impact: De balataproductie speelde een belangrijke rol in de economie van Suriname, vooral in de periode tussen 1900 en 1930. Uitdagingen: De balataproductie heeft te kampen met uitdagingen zoals de beperkte hoeveelheid sap die per boom kan worden gewonnen en de concurrentie van synthetische materialen.
Balfour, James
James Balfour (1777-1841) was een Schotse arts en plantagehouder die een grote invloed had op de landbouw in Suriname. Hij begon zijn carrière als arts in Berbice en Demerara (het huidige Guyana) en verwierf later verschillende plantages in Suriname. Balfour kocht in 1821 de suikerrietplantage Waterloo in Nickerie en de houtplantage Berlijn in Para. Hij was vooral bekend om zijn suikerrietplantage Waterloo, die een van de grootste in het district werd en waar hij zelfs een moderne suikerfabriek liet bouwen. Balfour speelde een belangrijke rol in de ontwikkeling van de landbouw in Suriname en werd een vermogend man door zijn plantages en slaven
Bambie, Ndyuka-leider
Bambi was een Ndyuka-leider in Suriname die een belangrijke rol speelde in de geschiedenis van de marrons in Suriname. Hij staat vooral bekend om zijn betrokkenheid bij de strijd tegen Boni, een van de grootste verzetshelden van de marrons. Na de val van fort Buku in 1772 trokken de Boni's richting de Marowijne, waar ze werden opgenomen door de Ndyuka. In 1793, met de steun van kolonel Stoelman en de Zwarte Jagers, wist Bambi Boni's spirituele bescherming (tapu) te breken, wat uiteindelijk leidde tot de dood van Boni. Bambi's acties zorgden ervoor dat hij in de Surinaamse geschiedenis als een soort "Judas" werd gezien.
Bananenteelt
De bananenteelt speelt een belangrijke rol in de Surinaamse landbouw en economie. Suriname exporteert bananen naar verschillende landen, en de bananensector draagt bij aan de inkomsten van het land1. Hier zijn enkele belangrijke punten over de bananenteelt in Suriname: de bananenteelt begon in de jaren 1970 met de oprichting van Surland, een staatsbedrijf dat zich bezighield met de verbouw en export van bananen. Surland ging in 2002 failliet, maar de productie werd voortgezet door de Stichting tot Behoud van de Bananensector in Suriname (SBBS). De bananenteelt in Suriname heeft te kampen met verschillende uitdagingen, waaronder de panamaziekte, veroorzaakt door de Fusarium-schimmel, die de bananenplanten aantast. Dit heeft geleid tot de noodzaak om over te stappen op andere bananensoorten die beter bestand zijn tegen de ziekte. In 2022 exporteerde Suriname bananen voor ongeveer 1,63 miljoen Amerikaanse dollar, waarmee het land de 71e grootste exporteur van bananen ter wereld was. De bananen waren het 50e meest geëxporteerde product van Suriname in dat jaar.
Barbados, koffieplantage
Plantage Barbados was een historische koffieplantage in Suriname, gelegen aan de Warappakreek in het district Commewijne. Hier zijn enkele belangrijke punten over de plantage: Geschiedenis: De plantage werd in 1753 gesticht door Anthony Willem Wolff, die ook eigenaar was van de suikerplantage Kleine Hoop aan de Cotticarivier. Na zijn overlijden in 1755 werd de plantage verkocht aan Paul Wentworth, die het naar zichzelf vernoemde. Productie: De plantage had een oppervlakte van ongeveer 500 akkers (ongeveer 215 hectare) en produceerde koffie. In 1767 was de plantage in bezit van Amadeus Constantinus Valencijn en Frans Saffin. Slavenarbeid: In 1863, bij de afschaffing van de slavernij, waren er 214 slaven op de plantage. Na de emancipatie werd de plantagegrond verlaten en in 1871 werd de grond te koop aangeboden. Huidige situatie: In de 21e eeuw is de grond volledig begroeid met bos.
Bancroft, Edward
Edward Bancroft (1744-1821) was een Amerikaans/Britse arts en dubbelspion die actief was in Suriname. Hij studeerde geneeskunde in Connecticut en ging in 1763 naar Nederlands-Guyana (het huidige Suriname), waar hij als arts en botanicus werkte2. Bancroft was betrokken bij de plantage Barbados en werkte samen met plantagehouder Paul Wentworth. Tijdens de Amerikaanse onafhankelijkheidsstrijd werkte hij als dubbelspion voor zowel de Britten als de Amerikanen. Bancroft schreef ook een boek over de natuurlijke geschiedenis van Guyana, waarin hij onder andere de elektrische eigenschappen van sidderalen beschreef. Zijn werk had een belangrijke impact op de wetenschap van die tijd, vooral in het gebied van de natuurlijke geschiedenis en elektrologie.
Bartelink, Frederika Judith
Frederika Judith Bartelink, was een slavin in Suriname. Ze was eigendom van veehouder Frederik Bartelink, die met zijn vader naar Suriname was gekomen. Met Frederik kreeg ze twee zoons, Wijnandus en Egbert. Na de dood van Frederik in 1838, werd ze gemanimutteerd (= slaafgemaakten die het recht op vrijlating hadden (manumissie), maar nog niet vrijgelaten waren) en kreeg ze de naam Frederika Judith Bartelink. Haar zoon Egbert Jacobus Bartelink werd later een bekende schrijver
Bauxiet
Dit is een grondstof voor aluminium. Werd 100 jaar gewonnen in Suriname. Op meerdere plekken is het landschap hierdoor sterk aangetast, zoals bij Moengo en in de buurt van vliegveld Zanderij. In 2024 werd bekend dat bij Bakhuis weer bauxiet gewonnen gaat worden en via Apoera zal worden afgevoerd. De spoorlijn tussen deze plaatsen wordt opgeknapt.
Wikipedia: https://nl.wikipedia.org/wiki/Bauxiet
Belwaarde, Plantage
Plantage Belwaarde (ook gespeld als Belwaerder) is een historische plantage aan de rechteroever van de Surinamerivier in het district Commewijne in Suriname. Oorsprong: De plantage werd aangelegd door gouverneur Jan Jacob Mauricius rond 1750. Hij noemde de plantage Belwaerder en begon met de teelt van koffie. Eigentijdschap: Na de dood van Mauricius in 1768, kwam de plantage in het bezit van zijn weduwe, Alida Pauw, die het al snel verkocht aan de vrije zwarte Elisabeth Samson. Na haar overlijden in 1771, ging de plantage over naar haar zus, Nanette Samson. Veranderingen: In de loop der tijd werden verschillende gewassen verbouwd op de plantage, waaronder koffie, suiker en andere kostgronden. In de 19e eeuw werd de plantage verkocht aan verschillende eigenaars, waaronder J.L. Gardé en Alexander Macintosh. Huidige situatie: Tegenwoordig ligt er een woonwijk op de plek van de voormalige plantage.
Benoit, Pierre Jacques
Pierre Jacques Benoit was een Belgische kunstenaar en reiziger die in de jaren 1828-1831 naar Suriname reisde. Zijn reisverslag, "Voyage à Surinam", werd gepubliceerd tussen 1839 en 1840 en bestaat uit honderd kleurrijke steendrukken die een indrukwekkend beeld geven van het Surinaamse landschap, de steden, en het dagelijks leven. Benoit was gefascineerd door de natuur en cultuur van Suriname en zijn werk heeft bijgedragen aan het beeld dat men zich in Nederland van Suriname vormde. Zijn tekeningen en beschrijvingen bieden een geïdealiseerde maar waardevolle blik op het Surinaamse leven in de vroege negentiende eeuw, inclusief beelden van slavernij, ondanks dat deze officieel pas later werd afgeschaft. Van het boek is een heruitgave beschikbaar en ook in Nederland te koop. Het boek heeft een zeer groot formaat.
Bent, John
John Bent was een Engelsman die in de 19e eeuw naar Suriname kwam en een belangrijke rol speelde in de koloniale geschiedenis van het land. Aankomst in Suriname: Bent arriveerde in 1813 in Suriname als "ontvanger en bestierder" namens de Engelse regering. In 1819 werd hij eigenaar van de katoenplantage Sarah aan de kust in Coronie. Tegenstander van slavenhandel: In 1833 stelde Bent de illegale slavenhandel aan de kaak en stuurde hij een klacht in tegen Nicholson, die volgens Bent getracht had illegaal slaven uit Berbice naar Suriname te voeren. Hoewel de beschuldiging niet hard kon worden bewezen, leidde dit toch tot maatregelen tegen Bent door de gouverneur. Eigenaar van meerdere plantages: Bent kocht in 1828 de plantage Limeshoop en doopte deze om tot Bent's Hope. Hij was ook eigenaar van andere plantages zoals Bentshoop, Descanzo, Breedevoort, Kl. Lunenburg, de Herstelling en Bucklebury. Herstelling van burgerrechten: In 1836 werd Bent gerehabiliteerd en kreeg hij zijn burgerrechten terug. Hij bleef betrokken bij de landbouw en plantages tot aan zijn dood in 1850.
Berbice, Opstand te
De opstand te Berbice in 1763 was een van de eerste grote slavenopstanden in Zuid-Amerika. De opstand begon op 23 februari 1763 en duurde tot december van dat jaar1. De opstand werd geleid door Cuffy (ook bekend als Kofi), een man van Coromantee afkomst, en zijn plaatsvervanger Akara (ook bekend als Accara). De opstand begon op de plantage Magdalenberg, waar de slaven de plantagehouder doodstaken en zich verspreidden naar andere plantages. De rebellen wisten snel een groot deel van de kolonie Berbice onder hun controle te krijgen en namen veel Europeanen gevangen. Cuffy en Akara leidden de rebellen en probeerden de plantages te beheersen. Ondanks hun succes in het begin, kwam er een conflict tussen Cuffy en Akara, wat uiteindelijk leidde tot een burgeroorlog binnen de rebellen. Akara's fractie won uiteindelijk, en Cuffy pleegde zelfmoord. De opstand werd uiteindelijk neergeslagen door de Nederlandse koloniale autoriteiten met de hulp van inheemse troepen. De opstand van Berbice is een belangrijke mijlpaal in de geschiedenis van Guyana en wordt elk jaar herdacht op 23 februari, die nu als Republikeinsdag wordt gevierd.
Bigi poku
Bigi poku is een traditionele Afro-Surinaamse muziekstijl die vooral populair was in de periode van de overgang van de 19e naar de 20e eeuw. Het is een subgenre van kaseko, een ander bekend genre in Suriname. Bigi poku wordt vaak gespeeld in cafés, nachtclubs en bordelen in Paramaribo. Het genre kenmerkt zich door het feit dat er niet wordt gezongen en geen elektrische muziekinstrumenten worden gebruikt. Het ritme is afkomstig uit de kawina, en de muziek wordt gespeeld met verschillende trommels, fluiten, trompetten en tuba's. Later werden ook banjo's en kornets gebruikt. De stijl verdween langzaam met de opkomst van kaseko, maar blijft een belangrijk onderdeel van de Surinaamse muziekgeschiedenis.
Wikipedia: https://nl.wikipedia.org/wiki/Bigi-poku
Boekoe, Fort
Fort Boekoe was een versterkte nederzetting en verblijfplaats van de Boni-marrons in Suriname, gelegen in een moerasgebied ten oosten van de Cottica-rivier. Oorsprong: Het fort werd gebouwd in de periode 1771-1772 als een bastion van de Boni-marrons, die onder leiding stonden van de vrijheidsstrijder Boni. Strategische locatie: Het fort lag op een verhoging in een moerasgebied en was bereikbaar via een geheim pad dat gedeeltelijk verborgen lag onder het wateroppervlak. Dit maakte het een veilige haven tegen de oprukkende strafexpedities van de koloniale overheid. Verzet: Vanuit Fort Boekoe voerden de Boni-marrons overvallen uit op nabijgelegen plantages en organiseerden ze tegenexpedities. Het fort werd een symbool van het verzet tegen de koloniale overheersing. Val en vernietiging: In september 1772 werd Fort Boekoe veroverd en met de grond gelijkgemaakt door de troepen van het gouvernement en het korps Zwarte Jagers. De Boni-marrons vluchtten daarop naar de regio Locusboom en bouwden nieuwe dorpen en kostgronden. Herinnering: De locatie van het fort wordt tot op de dag van vandaag met respect behandeld. Er is in 2024 een monument opgericht om de vrijheidsstrijd van de Boni-marrons te herdenken
Boeroes
De Boeroes zijn de nazaten van Nederlandse kolonisten, arbeiders en boeren die halverwege de negentiende eeuw naar Suriname trokken. Het initiatief voor de landbouwkolonisatie werd genomen door de hervormde dominee Arend van den Brandhof, die geïnspireerd was door een artikel in het tijdschrift De Kolonist. Hij wist twee andere dominees, Jan Betting en Dirk Copijn, te overtuigen om hem te helpen bij het tot uitvoering brengen van zijn ideeën. In 1841 stelden zij hun plannen voor bij de minister van Koloniën en koning Willem II. De Nederlandse regering stemde in principe met het plan in en besloot in 1843 dat voorlopig vijftig gezinnen voor de landbouwkolonisatie naar Suriname mochten worden gebracht. De kolonisten vestigden zich op de voormalige plantages Voorzorg en Mijn Vermaak. Hoewel het project niet volledig succesvol was, vestigden de overlevenden zich in het dorpje Groningen aan de overkant van de Saramacca rivier.
Bolivar, Simón
De buste van Simón Bolívar staat op het Kerkplein aan de zuidwestzijde van de hervormde Centrumkerk in Paramaribo. De buste is een geschenk van Venezuela aan Suriname en werd onthuld in 19551. De plaquette op de zuil waarop de buste is geplaatst, vermeldt de tekst: "Simon Bolivar libertador de Venezuela Columbia, Ecuador, Panama y Peru Fundador de Bolivia Nacio en Caracas el 24 de julio de 1783 Murio en Santa Marta el 17 de diciembre de 1830" (Simon Bolivar bevrijder van Venezuela, Colombia, Ecuador, Panama en Peru en stichter van Bolivia, geboren te Caracas op 24 juli 1783, overleden te Santa Marta op 17 december 1830). Simón Bolívar, ook bekend als "El Libertador," speelde een cruciale rol in de bevrijding van verschillende Zuid-Amerikaanse landen van de Spaanse koloniale heerschappij en stond aan de basis van de oprichting van Bolivia.
Borgoe
De absolute topper onder de Surinaamse rumsoorten is Borgoe. De rum wordt geproduceerd op basis van suikerrietmelasse. Hier is een overzicht van het productieproces: Suikerrietmelasse: De basis van Borgoe rum is geselecteerde suikerrietmelasse. Dit geeft de rum zijn unieke smaak. Fermentatie: De melasse wordt gefermenteerd, wat de basis voor de alcoholische fermentatie geeft. Distillatie: De fermentatieproducten worden vervolgens gedestilleerd in traditionele ketels om de kwaliteit van de rum te waarborgen. Rijping: Na de distillatie rijpt de rum op eikenhouten vaten, wat de smaken doet verdiepen en een rijke, volle smaak geeft. De zo gemaakte rum heeft een alcoholpercentage van ongeveer 38% en een smaakprofiel dat rijk en zoet is, met tonen van karamel, hout en gedroogd fruit.
Botany Bay, Plantage
Plantage Botany Bay is een historische plantage in het district Nickerie in Suriname. Oorsprong: De plantage werd begin 19e eeuw aangelegd door William Christie sr., een Schot uit Aberdeenshire. De plantage ligt aan de linkeroever van de Nickerierivier, stroomafwaarts van plantage Diamond en stroomopwaarts van Glensander. Productie: Botany Bay was oorspronkelijk een koffieplantage, maar later werd er ook cacao en banaan verbouwd. In de 20e eeuw werd de plantage verkocht aan verschillende eigenaars, waaronder Chin A Jong en J.S. Ho Asjoe. Slavenemancipatie: Bij de slavenemancipatie in 1863 werden 29 slaven vrijverklaard op Botany Bay. De vergoeding voor deze vrijlating kwam toe aan Mary Reach, als executeur van de boedel van James Reach. Huidige situatie: De plantage is tegenwoordig niet meer actief in landbouw, maar het gebied blijft een belangrijk deel van de geschiedenis en cultuur van Nickerie.
Bos Verschuur, Wim
Wim Bos Verschuur was een prominente Surinaamse politicus en tekenleraar die in 1943 een belangrijke brief schreef aan Koningin Wilhelmina. In deze brief, die hij samen met Grace Schneiders-Howard ondertekende, verzocht hij de koningin om gouverneur Kielstra uit zijn functie te ontheffen vanwege diens autoritaire bestuur. De brief was een petitie die gericht was op het verzet tegen de heerschappij van Kielstra en de situatie van de bevolking in Suriname. Het bestaan van deze petitie lekte echter uit, wat leidde tot de internering van Bos Verschuur in Copieweg als waarschuwing aan de creoolse oppositie. Ondanks zijn internering bleef Bos Verschuur een belangrijke figuur in de strijd voor de rechten van de bevolking en de vakbeweging in Suriname.
Breeveld, Borger
Borger Breeveld (geboren op 20 juli 1944 in Paramaribo) is een Surinaams acteur, journalist en mediamanager. Acteerwerk: Breeveld speelde de hoofdrol in de Surinaamse-Nederlandse film Wan Pipel (1976), waarin hij de rol van Roy Ferrol vertolkte. Hij was ook te zien in de film Sing Song (2017). Mediawerk: Hij is mediamanager bij de Surinaamse Televisie Stichting (STVS) en heeft bijgedragen aan verschillende televisieprogramma's, waaronder het actualiteitenprogramma Mmanten Taki. Film Instituut Paramaribo: Samen met Arie Verkuijl en Pim de la Parra richtte Breeveld het Film Instituut Paramaribo (FIP) op. Hij is ook secretaris van de stichting Surinaamse Film Academie. Documentaire: In 2012 stond Breeveld, samen met zijn broers en zus, in de documentaire Wan Famiri van de Nederlandse documentarist Geertjan Lassche. De documentaire richtte zich op de Decembermoorden en Borgers vriendschappelijke betrekkingen met Desi Bouterse. Prijzen: In 2019 werd Breeveld een TrackDrip Achievement Award uitgereikt, en in 2023 werd hij een maand lang geëerd op de Iconenkalender van NAKS.
Wikipedia: https://en.wikipedia.org/wiki/Borger_Breeveld
Broedershoop, Plantage
Katoenplantage Broedershoop ligt bij het Warappakanaal in Suriname. Oorsprong en Eigendom: De plantage stond in 1819 op naam van vader en zoon van Halm. In 1824 was het niet langer in hun bezit1. De naam Van Halm komt voor in een dossier van de firma Fa. Coopstad & Rochussen (Hudig) / Ferrand Whaley, die bekend stond om de slavenhandel. Productie: De plantage werd gebruikt voor de teelt van koffie in 1793 en katoen in 1819. Later werd er ook koffie en katoen verbouwd in 1827, en uiteindelijk alleen katoen in 1831. Slavenemancipatie: Bij de slavenemancipatie in 1863 werden 29 slaven vrijverklaard op Broedershoop. De vergoeding voor deze vrijlating kwam toe aan R.B. Sanches, de weduwe van Isaac Bromet. Huidige situatie: De plantage is tegenwoordig niet meer actief in landbouw, maar het gebied blijft een belangrijk deel van de geschiedenis en cultuur van Nickerie.
Brokopondo
Brokopondo is een district in Suriname met een rijke geschiedenis en natuurlijke schatten. Geografie: Brokopondo ligt in het oosten van Suriname en heeft een oppervlakte van ongeveer 7364 km². Het district grenst aan Para en Sipaliwini. Het gebied is voor een groot deel bedekt met regenwoud.
Brokopondostuwmeer: Dit stuwmeer, officieel bekend als het Prof. dr. ir. W.J. van Blommesteinmeer, is een van de grootste stuwmeren in Suriname met een oppervlakte van 135.000 hectare. Het meer werd aangelegd tussen 1961 en 1964 voor de energievoorziening van de bauxietverwerkende industrie. Bevolking: Volgens de volkstelling van 2012 had Brokopondo een bevolking van 15.909 inwoners. De grootste bevolkingsgroep bestaat uit Marrons, die 83% van de totale bevolking uitmaken. Economie: De economie van Brokopondo omvat onder andere de Rosebel-goudmijn, die sinds 2004 in productie is. Daarnaast speelt de bauxietwinning een belangrijke rol in de regio. Natuur en Toerisme: Het district herbergt het Brownsberg Natuurpark, een belangrijke toeristische attractie met prachtige watervallen zoals de Prinses Ireneval en de Leovallen. Het natuurreservaat biedt ook een habitat voor diverse diersoorten en planten.
Bulow, Baron van
Baron von Bulow was een Duitse edelman die in de 18e eeuw een belangrijke rol speelde in de koloniale geschiedenis van Suriname. In 1754 werd hij aangesteld als burgemeester van de kolonie op het Oranjepad, een verdedigingslinie die was aangelegd om plantages te beschermen tegen aanvallen door marrons. Hij kreeg de taak om de militaire post te versterken en kolonisten aan te trekken om te blijven wonen op het Oranjepad. Hoewel hij aanvankelijk succes had, kwamen er al snel klachten over zijn opstelling en problemen met weglopers1. Uiteindelijk werd hij in 1756 niet langer als burgemeester gehandhaafd. De familie von Bulow behoorde tot de oude adel van Mecklenburg en bracht verschillende staatslieden, militairen en kunstenaars voort. Na 1841 werd de familie erkend als deel van de adel van het koninkrijk der Nederlanden.